Hoe herken je de West-Amerikaanse balsempopulier?
Het blad van deze balsempopulier is eirond tot lancetvormig. De top is spits, de voet is afgerond of wigvormig. Het blad is vrij groot, meer lang dan breed, met de grootste breedte in het midden of daar beneden. De bovenzijde van het blad is donkergroen, de onderzijde is grijswit. Het blad voelt wat leerachtig aan. De bladrand is fijn getand. Typisch zijn de knoppen: kleverig van de hars, vrij lang, spits en steeds sterk welriekend. De bladsteel is rond. De schors wordt op oudere leeftijd diepgegroefd. De boom heeft ook veel fijne, naar boven gerichte zijtakken.
Het blad van deze balsempopulier is eirond tot lancetvormig. De top is spits, de voet is afgerond of wigvormig. Het blad is vrij groot, meer lang dan breed, met de grootste breedte in het midden of daar beneden. De bovenzijde van het blad is donkergroen, de onderzijde is grijswit. Het blad voelt wat leerachtig aan. De bladrand is fijn getand. Typisch zijn de knoppen: kleverig van de hars, vrij lang, spits en steeds sterk welriekend. De bladsteel is rond. De schors wordt op oudere leeftijd diepgegroefd. De boom heeft ook veel fijne, naar boven gerichte zijtakken.